Ángela
,,Weet je wat? Ik ga met jou mee”, roept Ángela opgewekt. ,,Anders moet ik mijn huis opruimen, dus dat is sowieso gezelliger.” Ángela is een Colombiaanse van 32 en woont in San Pedro de Atacama, in het noorden van Chili. Ze heeft een onophoudelijke, energieke en bovenal aanstekelijke glimlach en is gemakkelijk in de omgang; het is vanaf het begin gezellig.
San Pedro de Atacama
San Pedro de Atacama is een klein dorpje, dat louter vaart op het toerisme. De wijde omgeving bestaat immers uit spectaculaire natuur: woestijn, geisers, gekleurde lagunes, pelikanen, lama’s, vulkanen, besneeuwde bergtoppen en het reikt tot de Boliviaanse zoutvlaktes van Uyuni. Vanuit San Pedro zijn talloze tours te maken; het kleine centrum bestaat haast alleen uit toeristenbureautjes. Ik heb zo’n tour geboekt en gelukkig is er nog één plekje over. Voor Ángela.
Apotheker
Zijzelf werkt niet in de toeristensector. Ze is apotheker. ,,Daarmee heb je in Zuid Amerika een flinke baanzekerheid”, legt ze uit. ,,Toen ik vorig jaar het lucratieve aanbod kreeg hier als leidinggevende aan de slag te gaan, besloot ik dat te doen. Ik verdien hier ruim viermaal zoveel dan in Colombia.” Ze wil het hier nog een jaartje volhouden om op die manier een vervolgstudie te bekostigen. ,,Want uiteindelijk is het hier natuurlijk saai. Ik realiseer me echt wel dat ik nu in een bijzondere omgeving woon, maar ik kom uit de grote stad, uit Bogotá. Dan is zo’n dorpje nogal een verschil.”
Arequipa
Samen doen we een tour langs warmwaterbronnen en zien een waanzinnige zonsondergang in de woestijn. ’s Avonds is het echter alweer tijd om afscheid te nemen; ik ga die volgende ochtend naar de zoutvlaktes van Uyuni en vanuit daar zal ik mijn reis continueren naar Peru.
Van Uyuni naar Arequipa (Peru) is een busreis van 22 uur. Toevalligerwijs (ja, écht) gaat Ángela er ook heen voor een korte vakantie. ,,De consequentie is wel dat ik veertien dagen achter elkaar moet werken, veertien uur per dag. Maar dat heb ik ervoor over”, grijnst ze ter plekke. We ontmoeten elkaar daar dus weer.
Achter die glimlach
Ze mist Colombia, zeker. Vooral haar vrienden. Haar familie, met wie ze dagelijks contact heeft. ,,Die bestaat alleen uit tantes en ooms, neefjes en nichtjes”, verduidelijkt ze. Ze was een foutje; haar ouders waren bewust kinderloos en al ruim in de veertig toen ze per ongeluk zwanger raakten. Ze was van harte welkom, maar haar geboorte had zonder meer invloed op de gezondheid van haar ouders. Haar ouders sukkelen lange tijd en komen te overlijden als Ángela nog in haar vroege tienerjaren zit.
,,Ik zag mijn moeder sterven, zag dat het leven haar lichaam verliet. Ze verlangde altijd van me dat ik dagelijks tot God bad. Dat deed ik met tegenzin, omdat ik het alleen waarde vond hebben als je dat zo voelt. Ik heb tijdens de minuten van haar sterven gebeden. Het haalde niets uit. Ik ben nog steeds katholiek, maar bid alleen als ik daar een waarde in zie.” Ze kijkt me smekend aan. ,,Heb je ouders lief. Bouw herinneringen met ze op.”
Familie
Het valt me op dat haar gezicht verstart als ze over dit onderwerp praat. In combinatie met een wat ongelukkige lichtval lijkt ze ineens ruim in de 40. Haar oogopslag wordt dof, haar huid verdort, veroudert. Achter haar fijne vrolijkheid schuilt kennelijk een diep verdriet, maar ze laat het niet teveel toe. ,,Kijk”, verandert ze het onderwerp zelf en laat haar telefoon zien. ,,Dit is mijn tante. Ze stuurt me regelmatig foto’s van vroeger, van mijn ouders.” Foto’s van vroeger lijken haar te troosten en op te beuren. Vooral haar nichtjes en neefjes in het verre Colombia geven haar vreugd.
Schooluniform
,,Oh kijk!”, roept ze, swipend door haar foto’s. “Hier sta ik in mijn schooluniform, waar ik je eerder over vertelde.”
Ze doelt op mijn avontuur in Bogotá. Ángela reageerde geschrokken, teleurgesteld, maar erkende dat het niet erg uitzonderlijk was. Zijzelf maakte tot nu toe viermaal een beroving mee. Haar eerste keer staat in haar geheugen gegrift.
Beroving
,,Ik was 12 of 13 en kwam van school. Ik was op weg naar de bus en besloot mezelf te trakteren op een ijsje. Een doorgesnoven griezel kwam naar me toe en liet een blinkend mes zien. Eerst griste hij het ijsje uit mijn handen. Dat beeld vergeet ik nooit meer: ik kan me nog zo goed herinneren dat ik het onderste gedeelte van het hoorntje nog in mijn handen had en dat ik daar heel hard om moest huilen. Hij eiste al mijn geld; dat was maar 2000 pesos (zo’n 70 eurocent). Dat pakte hij van me af, maar de buschauffeur zag gelukkig dat ik heel erg van streek was en nam me gratis mee naar huis.”
Ze grijnst om mijn verbouwereerde, verontwaardigde reactie. “Ik wil er alleen maar mee zeggen: het is de realiteit, ik weet niet beter dan dat het gevaarlijk kan zijn. Om dat gevaar heen is deze stad fantastisch.”