Het knipperlicht: stond ie aan of stond ie uit?

De 37-jarige Manon rijdt op 5 juni 2015 terug naar haar werk in Oosterhout. Een man met een scootmobiel steekt over; hij is in de veronderstelling dat Manon rechtsaf gaat slaan. Heeft Manon per ongeluk haar richtingaanwijzer aan laten staan?

Manon heeft moeite met de schuldvraag, die haar nu al een jaar achtervolgt. Zij ontkent dat haar knipperlicht aanstond, ondanks twee onafhankelijke getuigenverklaringen. “Een paar honderd meter voor het ongeluk verliet ik een rotonde. Toen heb ik mijn knipperlicht aangezet naar rechts. Als je een hele flauwe bocht neemt, stopt het knipperlicht inderdaad niet automatisch. Dat geluid hoor je en dat klinkt heel irritant.” Ze reed met drie collega’s, de muziek stond uit en er werd ook niet druk gepraat in de auto. “Ik remde ook niet af, maakte geen aanstalten om af te slaan.” Achter Manon zou iemand met lichtsignalen duidelijk hebben willen maken dat Manons knipperlicht aanstond. “Dat zou ik toch gezien moeten hebben? En dat blijft ook raar in deze zaak: die auto is doorgereden en heeft zich pas een week later gemeld met dit verhaal. Ik ben wantrouwend: hebben het slachtoffer en die automobilist op één of andere manier een relatie?” De automobilist reed veertig meter achter Manon en zou gezien hebben dat Manon iets uitweek, alsof ze inderdaad voornemens was af te slaan.

Het slachtoffer ziet het knipperlicht ook en steekt over. “Hij trok ineens keihard op en knalde tegen de achterkant van m’n auto.” Het slachtoffer had een terminale ziekte en is inmiddels overleden. Dat is niet perse te wijten aan het ongeluk. “Voor het ongeluk stond hij positief in het leven. Het ongeluk is niet de doodsoorzaak, maar wel een ommekeer geweest”, geven de twee zoons van het slachtoffer aan. Maar had Manon haar knipperlicht aan? Onbewust, is dat mogelijk? “Mijn collega’s zijn niet gehoord door de politie, maar zij weten zeker dat het knipperlicht uitstond. Ik heb het proces verbaal gelezen en het roept bij mij zoveel vraagtekens op. Er staat bijvoorbeeld in dat ik op alcohol getest ben. Ik heb nooit geblazen hoor?” De nabestaanden zijn niet zozeer op zoek naar de schuldige. “Wel naar een soort schadevergoeding. Taxikosten voor mijn moeder, consumpties in het restaurant, het heeft allemaal nogal wat gekost. Dat verzoek hebben we ook ingediend.” De officier van justitie zou graag nog verder onderzoek willen doen naar de auto die achter Manon reed. “Maar dat zou betekenen dat we vandaag geen uitspraak hebben. Of ga ik uit van de feiten die ik nu heb?”, houdt hij Manon de keuze voor. Die wil af van de slapeloze nachten en wil graag een uitspraak. De officier gaat dus uit van de getuigenverklaring en eist een boete van €500,- plus een schadevergoeding van €500,- aan de nabestaanden. De rechter dubt echter. “Ik vind de bewijzen voor uw schuld gewoon niet overtuigend. Dus dan moet ik wel overgaan op vrijspraak. Dat betekent echter automatisch ook dat u de schadevergoeding niet hoeft te betalen. Ik vrees dat de nabestaanden daar een ander traject voor af moeten leggen.”

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Translate »