Een collega belt me en vraagt of er beveiliging bij mij in de buurt is. Jacques wordt ‘in elkaar geslagen’, zegt ze met hoorbare paniek in haar stem. Er is beveiliging bij mij in de buurt en na mijn waarschuwing snellen ze naar de plek des onheils.
Even later komen ze terug, met een glimlach op het gezicht. “Nee, natuurlijk is het niet leuk, maar wel een beetje.
Weet je wat er gebeurd is? Het toilet op het perron is al de hele ochtend defect. Hoewel er een groot bord hangt dat ie defect is, acht Jacques het toch noodzakelijk iedereen op het perron te waarschuwen. Hij loopt iedereen langs om dat te vertellen. Zojuist kwam iemand om het toilet te repareren. Jacques had dat niet door en vertelde ook hem dat het toilet stuk was. De monteur legde uit dat ie ‘m kwam maken, maar Jacques begreep dat niet en werd zelfs handtastelijk, pakte de monteur vast en probeerde hem weg te duwen van het toilet. De monteur heeft ‘m daarna van zich weggeduwd, waardoor Jacques viel. Verder was er niets aan de hand, niemand is gewond en ze hebben elkaar alweer een hand gegeven”.