In de cel

Voor de cursus ‘Korte Verhalen’ kregen we een schrijfopdracht. De casus: ‘Je wordt met grof geweld van je bed gelicht door de politie en in de cel gezet. Je weet niet wat er aan de hand is. Achteraf zal blijken dat de politie de foute persoon gepakt heeft.

‘John was here’. En ernaast: een honderdtal turven. Tekeningen van borsten. Een gedetailleerde vagina, met stipjes die iets van stoppels voor zouden kunnen stellen. De tekeningen op de muren intrigeren me mateloos. Een 06-nummer. Een piemel. ‘Kankerwouten’. Een ontroerende ‘I love you Shania’. Vol geduld en tevens vol vermaak scan ik de muren, in afwachting tot wat komen gaat. Ze zullen me straks wel komen halen. Met excuses. Of misschien is het wel een grapje. Sterker: het ís een grapje. Honderd procent zeker. Ik was vorige week immers jarig, maar niemand van mijn vriendengroep gaf me iets. Alleen wat felicitatiewhatsappjes. Normaal gesproken haalden ze een flauw geintje met me uit. Maar op mijn veertigste verjaardag? Niets. Dit moest het wel zijn.

Het was die ochtend overigens wel allemaal net echt. Hardhandig, met veel geschreeuw. Ik werd zelfs geblinddoekt. Alsof ik in een aflevering van Breaking Bad zat. Of Ozark. Of wat voor Netflixserie dan ook. Misschien wel iets té hardhandig, m’n heupen doen pijn. Ik stootte me hard toen ze me met grof geweld in het busje gooiden. Leuk is niet het goede woord, maar wat staat me nog te wachten? Een marteling? Of komen mijn vrienden straks me in de polonaise ophalen en gaan we naar de stripclub?

Het is koud in deze cel. En stil. Soms hoor ik het gekraak van een hekwerk. Stemmen hoor ik niet. Niets. Ik besluit even te gaan zitten. Mijn telefoon ligt nog op mijn nachtkastje. Toen die politieagenten vanmorgen naar binnenstormden, was er geen tijd. Ik vermoed trouwens dat ik het ding ook niet mee had mogen nemen. Part of the show, denk ik. Mijn vrienden weten dat ik nogal verslingerd ben aan mijn telefoon. Eigenlijk is deze grap uitermate grof. Al mijn angsten zitten hierin: het geweld, het opgesloten zitten, de situatie geenszins onder controle hebben, de onzekerheid, geen telefoon. Ik voel me naakt. Mijn hart begint te bonken. Hoe lang duurt zo’n grap eigenlijk? Ik zit hier al zeker twee uur. Of vier. Ik heb echt geen idee.

Dit is echt zo’n grapje dat Chris bedacht heeft. De hufter. Geniale gast die het in zich heeft om bijzonder onverwacht uit de hoek te komen. Meestal sta ik aan zijn zijde. Nu ben ik de lul. Ik kijk weer om me heen, in de hoop toch iets te ontdekken dat deze grap zou bevestigen. Want de humor ervan is er toch alweer een tijdje vanaf.

Ik dacht terug aan hoe Chris en ik onlangs Maria pakten. Het was twee of drie maanden geleden en ze was ook jarig geweest. Chris appte me. ,,Ik heb een idee. We gaan Maria zich eens écht goed jarig laten voelen. Stel me nu even geen vragen, alleen antwoord. Doe je mee?” Dat was Chris. Hij bleef vaag, maar enthousiasmeerde toch. Maakte nieuwsgierig. Natuurlijk deed ik mee.

Er klonk een geluid door het cellencomplex. Geschreeuw. Een paar cellen van mij vandaan werd iemand met veel bombarie naar binnengebracht. Meerdere minuten lang klonk er een scheldkanonnade. En toen was het stil. Ik verzonk weer in gedachten.

Ik ging naar Chris toe en hij legde me uit wat er gaande was. Maria behoort al lang tot onze vriendengroep. Stiekem droomt iedere man van haar. Wij ook. Ze is knap en sexy. En onbereikbaar. We hebben nooit een kans bij haar gehad en waren allang gefriendzoned. Maar Tom, een vriend van Chris, was met haar gematched op Tinder. Die gast had eigenlijk weinig interesse, wat Maria kennelijk interessant vond. Met andere woorden: het gesprekje liep. Die vriend zat ook in het complot. ,,Hij heeft haar net gevraagd om te daten en heeft een boswandeling voorgesteld”, grijnsde Chris. ,,Daar kunnen we best wel eens iets leuks mee doen, toch?”

Nu klonk er gesnik. De man een paar cellen verderop was in huilen uitgebarsten. ‘Laat me eruit!’, klonk het wanhopig. Het ging door merg en been. Ik merkte dat m’n hart begon te bonzen. Dit is geen leuke grap. Dit is écht geen leuke grap.

Onze verrassing aan Maria bleek ook leuk. Het begon dat ze samen met Tom door het bos liep. Maria had een fleurig jurkje aangetrokken en aan haar complete lichaamstaal te merken had ze bovengemiddelde interesse. Chris en ik keken van een afstandje toe. Ze liepen op het bospad en kozen, precies zoals we hadden afgesproken met Tom, ervoor om op steeds kleinere bospaadjes te lopen. Dieper en dieper het bos in. Chris en ik volgde hen op grote afstand, om er zeker van te zijn dat Maria geen argwaan kreeg. Het was geniaal. Hoe dieper zij het bos ingingen, hoe minder mensen er in de omgeving waren. Maria en Tom liepen arm in arm, dichtbij elkaar. Het werd closer en closer. Soms keken ze elkaar aan; ik had Maria nog nooit zo gezien. De afstandelijke, onbereikbare Maria was helemaal de zijne. Chris en ik keken elkaar aan. Hij knipoogde en grijnsde triomfantelijk. Nog een paar minuten, nog een paar meter en dan zou het plan in werking treden.

En natuurlijk. We wisten van te voren ook echt wel dat het niet helemaal netjes was. Dat Maria het wellicht en waarschijnlijk helemaal niet zo leuk zou vinden. Daarom ook die maskers. Het moest allemaal wel echt lijken. Ze zou er achteraf zeker om kunnen lachen. En wat is er lekkerder dan na een goede schrik en paniek een paar biertjes te drinken met je vrienden? Ik moest er weer even om lachen. Die blik van Maria. Die pure paniek, wanhoop, verdriet, pijn: het plan liep gesmeerder dan verwacht. Wat een succes.

Ik schrok even wakker uit mijn gedachtes. Het drong meer en meer tot me door dat ik hier nog steeds zat. Het geschreeuw van deze ochtend kwam weer in me op. De pijn in mijn heup liet zich weer gelden. Mijn hart bonkte plotseling als een bezetene. Chris en ik hadden moeten lachen om het krantenberichtje over wat er zich in dat bos had afgespeeld, maar het rijmde toch wel ietwat met hetgeen er deze ochtend naar mij werd geschreeuwd. Is dit eigenlijk wel een grap? Er werden natuurlijk wel gewoon twee mannen gezócht; zou het kunnen dat de politie plots wist wie wij waren? Ik moest slikken. Kreeg het plots bloedheet. Dit kan toch niet?

En toen voetstappen. Meerdere. Ze passeerden de cel van de ander duidelijk, aan zijn geschreeuw te horen. Plots ging mijn deur open. ,,Ehm, allereerst onze excuses dat u zo lang heeft moeten wachten. Komt u mee, we zullen u naar huis brengen. Er is vanmorgen een grote fout gemaakt”, stamelde de politieagent. Als ik het niet dacht. Alsof zo’n grap niet zou kunnen en strafbaar zou zijn. Alsof je voor zoiets onbenulligs met zoveel geweld van je bed gelicht zou worden.

Wat vond je van dit verhaal?

Al mijn verhalen zijn gratis te lezen. Maar mocht je als blijk van waardering en van vroljkheid een donatie achter willen laten: ik doe een dansje van blijdschap. Alvast zeer veel dank!!

Totaal: € -

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Translate »