Ad de Deurwaarder

,,U bent hier als journalist begrijp ik. Razend interessante zaak hè?” De man kijkt me onderzoekend aan en meent het. Dit is ‘de verdachte’ en hoewel dit een vrij simpele kantonzitting betreft, is er een korte schorsing. Ik heb hem dan al een ruim kwartier horen praten, met stijgende verbazing. Verbijstering, haast. Een hees, hoog stemmetje vulde zojuist de ruimte en hij maakte gebruik van fraaie juridische volzinnen, consequent verbonden met vele langgerekte eh’s. De rechter verifieerde dan ook al vrij snel: ,,U bent werkzaam in de justitiële periferie, nietwaar?”

‘Ad’, noem ik hem. Een 55-jarige deurwaarder uit Rotterdam. Op 8 juni 2017 werd hij op heterdaad betrapt op wildplassen. Dat wil zeggen: de agent zag hem tegen een boom in de bosjes staan, zag dat hij zijn broek dichtdeed en zag, eenmaal weg, dat er een natte plek op de boom zat. Bovendien was er een urinelucht te ruiken. Goed te weten: de politie is strafbaar als zij dingen in het proces verbaal zetten die verzonnen zijn. Ofwel: er staat niet letterlijk dat de man geplast heeft, dat moet de rechter beslissen op basis van deze feiten. Maar Ad betwist deze dus. Wat hij dan eigenlijk in die bosjes deed? ,,Dat is mijn persoonlijke levenssfeer, ik mag daar gewoon zijn. Misschien wilde ik wel de benen strekken, of een frisse neus halen. Dat is niet strafbaar.”

Hij heeft een flink pakket aan verzetschrift geschreven. Allemaal over deze zaak. De officier van justitie heeft deze niet gelezen, wat de man nogal kwalijk vindt. ,,Ik heb mijn verweer ingediend. Dat u uw spullen niet op orde heeft, is aan u te wijten”, sart hij. Vandaar de schorsing: de rechter geeft de officier de kans om dit alsnog te doen. ,,Ik wil ook de twee agenten spreken. Ik zou hen wat vragen willen stellen, ik schat dat ik zo’n drie kwartier per man bezig zal zijn”, legt Ad de rechter voor. Eén van de agenten is zelfs al in het gebouw; de man heeft de Gemeente Etten-Leur opgedragen de agent naar de rechtbank te sturen.  

De rechter vindt dat veel te ver gaan. Hij wil deze agent wel binnen laten, maar er hooguit vijf minuten aan spenderen. De zaak is verder zo klaar als een klontje, de agenten hebben een kraakhelder proces verbaal opgesteld en de tegenargumenten van Ad zijn ronduit vaag.

Ik kijk naar de man. Strak in een duur en chique pak, kennelijk in de stellige overtuiging dat hier iets te halen valt. Overtuigd van zijn kennis van het juridische apparaat, overtuigd dat hij hier onderuit kan komen. Hij roert in zijn koffie, die hij snel heeft gehaald tijdens deze schorsing. Hij staat er zelfverzekerd bij, is er heilig van overtuigd dat dit inderdaad een interessante zaak is. Ook het publiek bij deze kantonrechterzittingen moet naar buiten. Een vrouw rolt achter zijn rug om met de ogen als ze naar ‘m kijkt.

,,Ja, absoluut, ik ben zeer benieuwd wat er gaat gebeuren”, antwoord ik, naar waarheid. De man wordt veroordeeld, uiteindelijk. Toch met een aanmerkelijk lager bedrag dan de originele boete, maar dat komt omdat deze zaak veel eerder behandeld had moeten worden. Zijn tegenargumenten worden stuk voor stuk van tafel geveegd. Ad moet liefst 40 euro betalen. ,,Dan ga ik in hoger beroep”, belooft Ad de rechter op koele toon. Dat kan echter niet; daar is de boete te laag voor, legt de rechter uit. Dat lijkt me een pientere diss van de rechter naar de deurwaarder, die zich deze ochtend eigenlijk gewoon ronduit belachelijk maakte.

(Het verhaal De Kantonrechter over Ad lees je hier.)

Tof verhaal?

Ik zou graag vaker columns of teksten willen maken. Als je deze tekst waardeert en dat wil laten blijken middels een bijdrage: dat kan en wordt natuurlijk super-super-super-gewaardeerd!

Totaal: € -

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Translate »