Hup NAC: De zolder van Toon

BREDA – Zomaar een woning, net buiten het centrum van Breda. De Pelmolenstraat. Aan de muur op de eerste verdieping hangt een lijstje met NAC-logo. Het verraadt dat hier een NAC-supporter woont, maar verder nog weinig. Toch is het de opgang naar méér, want achter een gordijn is de trap naar de zolder. Vanaf de eerste trede beland je in een andere wereld. Welkom in het NAC-museum van Toon de Visser (73), met via een dakraam een fraaie blik op de Grote Kerk.

,,Het is overvol, misschien moet ik overwegen uit te breiden naar de slaapkamer, of…”, begint De Visser. Hij knipoogt, hij weet wat komen gaat. ,,Niks daarvan. Je houdt het gewoon op de zolder”, roept zijn vrouw Leni. Ze accepteert haar mans gekte. Zijn bezetenheid. Maar er zijn grenzen. ,,Ik zou graag een NAC-tatoeage willen, maar dat mag ook niet”, grijnst Toon.

De Visser gaat al 68 jaar naar NAC en praat vol liefde over zijn club. Draagt deze graag uit. Op vakantie, in Spanje of Turkije. Dat levert ook nog wel eens wrijving op met onbekenden, maar dat interesseert hem niet: die NAC-vlag blijft hangen. Dat is zijn club. Degradatie nu lijkt onvermijdelijk, maar hij geeft nog niet op. ,,Van Feyenoord winnen we. Echt, net als vorig jaar”, klinkt het strijdbaar.

Hij zit op de Hoofdtribune, met twintig vrienden. Maakt zich kwaad als hij bobo’s hoort praten met een andere clubvoorkeur. ,,Ik haalde vroeger heel wat uit bij NAC. Die tijd is voorbij, maar het zit er nog wel een beetje in. Ik nodig hen dan uit om het recht in mijn gezicht te herhalen.” Hij meent het. Niemand mag aan NAC komen.

Trots wijst hij naar het dak van de zolder. Daar hangt zijn eigen stoeltje uit de Beatrixstraat. Eigenhandig losgeschroefd na de laatste wedstrijd en onder zijn jas terug naar huis genomen. Verder ligt er vooral prularia. Pennen, poppetjes, posters, aanstekers, shirts, krantenknipsels, boeken, wedstrijdballen; iedere keer als hij verjaart, komt er weer wat bij.

Spullen voor het échte NAC Museum lijken hier niet te liggen, het is simpelweg een verzameling merchandise van de laatste dertig jaar. Een dakpan met het NAC-logo erop geschilderd, op de grond ligt een NAC-matje dat niemand heeft. Via een Chinese webwinkel tikte hij onlangs een flitsend jack op de kop. Het logo prijkt erop, net als de Grote Kerk en de Haven. Zeker niet officieel, wel uniek.

Hij wijst naar een foto aan de muur. Zijn kleinzoon, toen vijf weken oud, ligt op een NAC-dekbed. ,,Die werden toen alleen éénpersoons verkocht, dus ik heb er twee aan elkaar genaaid”, legt Leni de dubbele beeltenis uit. Toon kijkt naar de foto, misschien wel zijn ultieme pronkstok. Zijn kleinzoon. ,,20 is hij nu. Er gaat weinig boven NAC, maar mijn kleinkinderen staan toch echt op één.”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Translate »