“Af. Af! Ga nou eens af! Ga zit, ga zit-ten! Godverdomme, ga zitten, GA! ZIT! TEN! Nee, zit! ZIT! AF!”
Het hondje trekt aan de riem, blaft vrolijk en wordt steeds enthousiaster. Het beestje barst van de energie en begrijpt duidelijk niet wat z’n baasje bedoelt. “Gek word ik van dat beest, ze luistert gewoon nóóit!”
Ze richt zich weer op de hond. “Ga nou eens zitten en af! Godskolere, ziiiiittttt!” De hond begint steeds luider te blaffen en enthousiast te springen, het duo bereikt ongetwijfeld het volledige station et het geluid. Het baasje raakt er moedeloos en geërgerd van.
Mijn voorzichtige analyse is dat de communicatie tussen baasje en hond nog niet vlekkeloos verloopt.