Spiegel

“Wat ik het ergerlijkste vind: mensen die voor je neus nog een hapje nemen van hun hamburger en vervolgens met een volle mond nog wat te drinken bij je bestellen. Dan kijk je zo die mond in, die blaadjes sla en de saus worden zonder enige gêne vermengd. De mond gaat open en meestal is die bestelling gewoon één woord: het product dat ze willen.”

Een collega komt even een praatje maken en kijkt me met een vies gezicht aan. “Dat vind ik dus nóg irritanter dan bellers, die al vervelend zijn. Blijven praten door die telefoon, leggen een product op de balie en gunnen je geen blik. Afrekenen en dóór, zonder dat ze die menselijke interactie met mij ervaren. Dan maak je mij dus min of meer ‘waardeloos’, zo ervaar ik dat in ieder geval.”

Het zijn van die typische gesprekken tussen collega’s onderling, die je zo nu en dan voert. “Een cappuccino? Komt eraan!”, grijns ik naar een toegesnelde mevrouw, waarop ik het gesprek met de collega hervat. “Maar herkenbaar. Ik help ze wel, maar vlakjes. Positieve energie werkt niet, negatieve ook niet, dus dan maar gewoon doen wat ze bestellen en klaar. Vriendelijke glimlach en next!”

De mevrouw pakt de cappuccino en zoekt m’n blik. “Goed gesprek dit. Trek je van mij verder niets aan hoor, ik ben slechts een klant die geen aandacht hoeft en alleen een cappuccino wil”, geeft ze met een cynische glimlach aan. Oh shit. Onbewust ben ik nu de onbeschofte verkoper, waar ik óók een hekel aan heb. Met één cynische opmerking zet ze me volkomen terecht voor het blok. Ik kleur rood.

“Maar ga verder. Het gaat dus over klanten die geen aandacht voor je hebben. Leuk onderwerp, ik luister mee en ik drink rustig m’n zojuist gekochte cappuccino op”, houdt ze de spanning gaande. Er wordt een kraakheldere spiegel voorgehouden. Argumenten als ‘normaal gesproken ben ik hier heel scherp op’, slaan nu nergens op. Hier zijn geen excuses voor, hooguit een excuses.

“Allereerst mijn welgemeende excuses. Goedemiddag mevrouw. Hoe is úw dag?”, probeer ik de situatie te draaien. Ze kijkt me nog altijd ondeugend aan.

“Vertel eens over úw ergernissen!”, geef ik een presenteerblaadje. “Joh, allang goed. Je had me ook straal kunnen negeren. Grensgevalletje wel, soms is moet dit even gebeuren. Je hebt dat soort dingen vaak niet door, dus dit vond ik grappig. Proost!”, heft ze haar cappuccino.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Translate »