Een vrouw wacht tot de man die op dat moment aan de beurt is klaar is. De man doet rustig aan, maar geduldig wacht ze op haar beurt. Als hij gaat, zie ik een statige dame. Lippenstift, Beatrix-achtig kapsel, bontjas, alles. “Meneer… Ik… Weet u… Ehm… Ik was eigenlijk op zoek naar eh… Is hier een eh… Wc, een toilet in de buurt?“, vraagt ze vol weifeling. Ik wijs haar de weg: op slechts tien of twaalf meter is een toilet, te gebruiken met een muntstuk van 50 cent. “Oh jee… Oeps, te laat…” De vrouw sluit haar ogen. Ze drukt haar ogen zelfs krachtig dicht. Ze bijt in haar vuist. Stilte. Een dubieus geluidje. Ze opent haar ogen weer. “Sorry hoor. Pakje Marlboro alstublieft“. De geur komt omhoog, de vrouw vlucht weg, de geur blijft hangen. Voor minuten lang. In die geur help ik andere mensen. Men kijkt me argwanend aan. Hun blikken spreken boekdelen.