Oude kaas

De man pakt gehaast een sandwich bacon ei uit het schap en kijkt naar de houdbaarheidsdatum. “Nee”, en sikkeneurig gooit hij het broodje met een zekere weerzin op de toonbank.

Een tweede broodje volgt. “Nee!”, en ook dit broodje gooit hij -geërgerd- met een zekere lompheid op de toonbank. Een vreemde manier van doen.

“Ehm, kan ik u ergens mee helpen?”, vraag ik dan ook met enige verbazing. “Ik wil niet van die oude broodjes die jij hier verkoopt”, antwoordt hij nors en verwijtend, waarop een derde broodje op de toonbank gegooid wordt.

“Kijk, hèhè. Deze is in ieder geval nog drie dagen te eten”, roept hij vol minachting. De man zal een jaar of 45 zijn en ziet er keurig uit. Hierdoor is het wat moeilijk peilbaar; de man lijkt me volledig toerekeningsvatbaar. Die broodjes hebben een korte houdbaarheid gekregen om een zekere versheid te garanderen. Ze zijn hierdoor slechts drie dagen te verkopen. De houdbaarheid is inderdaad tot einde van deze dag, dus nog prima verkoopbaar en zeker niet over de datum. “Oh, ze zijn nog wel góed gelukkig”, grijns ik. “Maar dan pakken we dit versere broodje toch, prima.”

De man kijkt me werkelijk ziedend aan. “Wat? Zeg, bijdehandje. Als je zó begint koop ik m’n eten toch ergens anders? Je bent een hufter!”, roept hij uit en hij loopt weg. Een man wacht op zijn beurt en slaat dit bevreemdende akkefietje gade. “Duuhuus… Dit was raar”, proest hij verwonderd uit. Mijn hartslag versnelt ook iets, even ben ik van m’n apropos. De man redt m’n tot dan toe goede bui echter direct met verve. “Dit sloeg nergens op, wát een rare reactie. Om wat tegenwicht te bieden: ik wil jouw oudste kaasbroodje met de oudst mogelijke kaas. Héérlijk.”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Translate »