Een vrouw van ongeveer twee meter lang staat momenteel bij de kaartenautomaat. Ze staat ietwat instabiel en onwennig op hoge hakken, toebehorend aan laarzen tot net onder haar knie. Ze draagt een erg kort rokje, haar gespierde witte benen en haar nauwelijks aanwezige kont maken het beeld niet erg flatteus.
Even draait ze zich om. Ze draagt een strak, zwart topje. Haar opvallend ronde borsten zitten echt te hoog en zien er onnatuurlijk uit. Het zouden sinaasappels kunnen zijn, met een hele harde schil. Echte borsten zijn het duidelijk niet. Haar lippen zijn knalrood, haar ogen zwaar opgemaakt. Ze heeft haar wangen een extra rode teint gegeven. De man heeft de pech een echt mannenhoofd te hebben met zware baardgroei. De stoppels zijn alweer goed zichtbaar. Als hij onhandig op z’n hoge hakken wil weglopen, weet hij tientallen ogen op zich gericht. Niet zozeer door het oncharmante totaalbeeld, maar de manier van lopen. Korte stapjes, waarbij de hakjes bij elke stap ternauwernood rechtop blijven staan. Het lijf gebogen, de beenspieren bij elke stap duidelijk zichtbaar. Haar grote oorbellen maken geluid bij elke stap.
Ik zou ‘m simpelweg andere schoenen adviseren. Zowel voor comfort, gemak als uiterlijk. Het overige is puur smaak. Groetjes, uw moderecensent.