Het zonnetje schijnt vandaag en recht voor me is een flink vlak waar geen schaduw is. Het ontroert me toch als mensen daar gaan staan, met het hoofd in de richting van de zon, de ogen gesloten.
De grijns op het gezicht verraadt de hunkering naar de lente. Het zichtbare genot: eigenlijk verwarmt dit uitzicht mij óók. (Waarschijnlijk meer dan hen, echt warm is het immers nog niet).
Omdat dit station voor bepaalde treinen een beginstation is, staan die treinen geruime tijd klaar. Een vrouw staat zichtbaar enorm te genieten van het zonnetje, schrikt op als ze een fluitje hoort, kijkt in paniek even om zich heen, pakt haar tas… En ziet de trein vertrekken. Haar trein. Ze accepteert het al vrij snel, sluit haar ogen weer en geniet weer van het zonnetje. Ik zal haar tijdig roepen.