“Ja, ik denk het. Zoek het configuratiescherm eens op?” (…) “Weet ik niet uit m’n hoofd. Maar pap?” (…) “Volgens mij wel. Maar pap?” (…) “Pap, even tussendoor, pap. Ik denk dat ik even een saucijzenbroodje koop.” (…) “Ja natuurlijk. Bel zo maar terug als je er bent. Dan kijken we zo even verder.” (…) “Ja, tot zo papa.”
Op ongeveer drie meter voor me staat een jongen van een jaar of 13. Een skateboard onder z’n voet, een petje op z’n hoofd. Vol geduld lijkt hij iets over de computer uit te leggen aan z’n vader, nu beëindigt hij het gesprek. “Sorry hoor meneer. Beetje onbeschoft van me om te bellen”, verontschuldigt hij zich.
Ik vond het jochie al een held tijdens dat gesprek, nu wordt het haast eng-lief. “Ah joh, je stond niet voor m’n kassa, maar op een afstandje. Dan mag je best bellen hoor, helemaal niet erg”, stel ik ‘m gerust. “Gelukkig. Mag ik alstublieft één saucijzenbroodje van u?”, blijft hij voortreffelijk beleefd.
We handelen de bestelling precies volgens het etiquetteboekje af, het is hartverwarmend. Op het moment dat ik hem zijn wisselgeld wil teruggeven, gaat zijn telefoon weer.
“Pap? Ik ben nu aan het bestellen…” (…) “Kan dat niet over één minuut, je zegt altijd dat…” (…) “Oké. Mijn wachtwoord is ‘koen2003’ (gefingeerd, het echte wachtwoord is bekend bij uw schrijver.)” (…) “Maar, kun je me gewoon zó even terugbellen? Dan heb ik m’n broodje besteld; dit voelt heel rottig aan.” (…) “Druk eens op enter?”, het jongetje rolt met z’n ogen en kijkt me vol ontsteltenis en verbazing aan. “Tot zo pap.”
Het jongetje kijkt me beschaamd aan. “Je bent m’n vriendelijkste, leukste klant van vandaag”, stel ik ‘m gerust. Het jongetje glimlacht. “Gelukkig. Nog een hele fijne dag.”
Wauw.
Ik ben deze gaan lezen omdat je er over geschreven had dat hij het meest populair was… Maar het is ook gewoon eng-lief!