,,Stap in, stap in!”, maant de man ons. ,,Nee, vérder, naar de passagiersstoel.” Al gauw zit ik met de enorme versnellingspook tussen mijn benen. Rechts van me zitten nog twee mensen. De chauffeur murwt zich ertussen. Het past nét. Bil tegen bil. Achterin de truck zitten nog eens ongeveer veertien mensen, de capaciteit daar is tien. Overvol.

We hebben zojuist met acht man een flinke hike gedaan door de bergen van Nevado de Toluca. De vulkaan ligt op 4600 meter hoogte. Sneeuw, snijdende wind, kou en tegelijkertijd een zonnetje en hitte. Een soort strijd tegen de elementen, met waanzinnige uitzichten als ultieme beloning. Nu hebben we de plek bereikt waarbij een truck ons terugbrengt naar de parkeerplaats.

De chauffeur start zijn oude bak. Hij grijpt de versnellingspook en duwt ‘m naar achteren, direct tegen mijn kruis aan. De truck komt in beweging. We zitten allemaal opgevouwen.

Nu heb ik een kwartier geleden een broodje gegeten. Dat was een prima lunch, maar er dient zich een wind aan. Zo één die terug blijft komen, ondanks dat je ‘m wegduwt. Zo één die je maag pijnlijk opblaast. ,,Hoe ver is het eigenlijk naar de parkeerplaats?”, vraag ik ietwat lijdzaam. Veertien kilometer. En met een tempo van tussen de 5 en 20 kilometer per uur, kan ik berekenen dat ik even zal moeten wachten.

De chauffeur is een ruime vijftiger. Jarenlang werkte hij op het land, vertelt hij. Het prachtige natuurgebied Nevado de Toluca werd echter meer en meer omarmd door toerisme. De twee meren zijn een lust voor het oog en men slaagde erin een weg te creëren die betrekkelijk dichtbij de kraters kwam. Er waren chauffeurs nodig om toeristen van de parkeerplek naar hier te brengen en dat werden de mannen van het land. Deze ‘taxi’ kost 50 pesos per persoon. Zo’n twee euro, dus een paar ritjes van A naar B levert hem een prima inkomen op.

Verwacht van deze weg geen luxe. Het is een zandpad, vol stenen en diepe holen. Scherpe U-bochten en regelmatig een tegenligger. Her en der ligt een plas water. Soms leun ik met mijn volle gewicht tegen de chauffeur aan, als hij een u-bocht neemt. Bij iedere u-bocht kijk ik hoopvol naar de volgende. Zie ik de parkeerplaats al?

De angst zit ‘m vooral in de holen. Ik heb weliswaar controle over mijn sluitspier, maar het gevaar zit ‘m in het onverwachte. Straks rijden we door een gat, terwijl de wind in geen velden of wegen te vinden is. Dan floept hij eruit, inclusief ronkend geluid. Ik schaam me al bij de gedachte aan dit scenario. Ik moet scherp blijven. Zowel bij aanwezigheid en afwezigheid van de wind, houd ik mijzelf voor.

De praatgrage man valt plots stil. Zegt niets meer. Ik zie in mijn ooghoek dat hij onze richting op kijkt, maar ik vang zijn gezichtsuitdrukking niet. Hij opent een raampje en leunt wat meer naar buiten. Hij vraagt de persoon aan de andere kant ook zijn raampje te openen. Zou het dan toch? Ik ruik echt niets. Ben ik de controle onbewust verloren? Tot het moment van vandaag weet ik het niet. Dat vreet me op, terwijl de ware opluchting pas minuten later tot openbaring kwam.

Vind je mijn verhalen leuk en wil je een donatie achterlaten? Dat zou ik oprecht geweldig vinden. Dat kan hieronder. Wil je me maandelijks iets geven? Neem dan een abonnement. Geweldig.

Totaal: € -

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Translate »