Deze Kantonrechter verscheen eerder op 29 augustus 2016 in BN DeStem:
Joeri bestrijdt wildplassen
De 24-jarige Joeri uit Oosterhout heeft op 27 september 2015 tegen een winkelpand geplast in het centrum van die stad. Bovendien verkeerde hij volgens de politie in duidelijke staat van dronkenschap. Joeri bestrijdt beide tenlasteleggingen.
“Naast werkgever van Joeri, ben ik ook jurist”, stelt Berry zichzelf voor, terwijl hij een aantal a4’tjes ordent. Hij zal proberen Joeri bij te staan in deze zaak en is klaar voor de strijd. Eerst het wildplassen. Joeri: “Ik stond inderdaad tegen een winkelpand, met mijn gezicht gericht naar een etalage. Ik werd bij m’n schouder vastgepakt, ik dacht dat het een vriend van me was en draaide me om. M’n broek was op dat moment dicht, alleen m’n gulp was geopend. Ik had nog niet geplast, dus was er ook geen plas waarneembaar. Toch kreeg ik direct een boete van de politie. Ja, toegegeven, ik was voornemens te plassen. Maar ik had nog niet geplast. Ik werd daar boos om, opstandig.”
Berry staat op en overhandigt twee getuigenverklaringen aan de rechter en aan de officier van justitie. “Deze twee jongens hebben gezien dat ik niet geplast heb. Ik ken hen beide van mijn voetbalteam.” De officier vraagt zich af hoe deze getuigen dat zo zeker kunnen weten. Stonden ze letterlijk te kijken naar de handeling die Joeri verrichtte? “Een van hen stond naast me. Hij plaste dus al wel en heeft daar ook een bekeuring voor gekregen.”
Joeri krijgt dus ook gelijk een bon en gaat in felle discussie met de agenten. “Ik heb dingen gezegd die ik niet had moeten zeggen. Daar heb ik spijt van. Voor die ruzie met de politie heb ik een bekeuring gehad van 350,-. Die heb ik al betaald, die boete was ook gewoon terecht.” De rechter gaat door met de openbare dronkenschap. “Ik was niet dronken. Ik had verspreid over de avond wat biertjes gedronken, maar echt dronken is echt onzin.”
In het proces verbaal stond dat Joeri ‘onvast ter been’ was, ‘met een dubbele tong’ sprak, ‘van de hak op de tak’ sprak en bovendien ‘naar alcohol rook’. De officier van justitie ziet daarom geen reden te twijfelen aan beide zaken en wil Joeri dan ook bestraffen. “De politie hoorde twee mannen plassen. En wat betreft de dronkenschap: dat is voor iedereen anders. U hoeft ook niet straalbezopen te zijn, maar kennelijk vond de politie u beschonken overkomen. Dat is voor mij voldoende.”
De rechter is het deels eens met de officier van justitie. “Maar onomstotelijk bewijs voor het urineren is er gewoon niet. Het zou dus zomaar kunnen dat het waar is wat u zegt. Dat de agenten gewoon te vroeg waren u te bekeuren, dus vóórdat u daadwerkelijk plaste. Daar spreek ik u dan ook van vrij. Ik ga u een boete geven van 50,- voor de openbare dronkenschap. Dan heeft die avond u bij elkaar 400,- gekost, dat lijkt me meer dan voldoende.” Joeri toont zich tevreden met de uitspraak. Berry ordent z’n a4’tjes weer, hoewel ze haast onaangetast zijn gebleven.