BREDA – ,,Frietjes!” De 22-jarige Machteld wijst enthousiast op de ‘bak’ van Ruitersportcentrum Breda. ,,Dat eten we vaker, maar vorige week voor het eerst hier. Het maakt nog steeds indruk op ‘r”, grijnst haar moeder Angelique uit Prinsenbeek. Toen vierde Stichting Het Bonte Perdje hier haar 50-jarig jubileum. Met keurig bedekte tafels op een speciaal voor de gelegenheid aangelegde vloer.
Deze stichting laat jongeren met een beperking hier en in de omgeving paardrijden. Het gaat niet om prestatie, maar plezier is de hoofdzaak. Het helpt hen om zelfvertrouwen te verkrijgen; ze voelen zich even koning of koningin.
De stichting huist hier sinds 2018, nadat men verhuisde vanuit Manege De Roosberg in Bavel. Daar werd het in 1969 opgericht door militairen, die op die wijze Breda wilden bedanken voor de gastvrijheid.
Door de onzekere toekomst van De Roosberg werd uitgeweken naar het Ruitersportcentrum, waar allereerst een nieuw plekje verkregen moest worden. Het bleek echter geen probleem om op de zaterdagmorgen -toch het tijdslot waar de meeste ruiters even willen rijden- het terrein te gebruiken. ,,Er waren zelfs ruiters die hun paard spontaan ter beschikking stelden”, klinkt penningmeester Reinoud van der Kroon nog altijd onder de indruk.
Het is nu zes weken zomervakantie. Dat snapt Machteld goed, legt haar moeder uit. ,,Zij vindt dat Pluto, het paard waarmee zij altijd rijdt, óók vakantie verdient.” Machteld rijdt hier al dertien jaar, maar kijkt nog altijd reikhalzend uit naar de zaterdagochtend, naar Pluto. ,,Het maakt haar enorm gelukkig.”
Het vierkoppige bestuur vindt vooral de verbondenheid onderling belangrijk. ,,Het is een soort familie. De ouders kunnen de kinderen even loslaten en vinden steun bij elkaar, hebben immers dezelfde uitdagingen”, legt voorzitter Paul Mol uit. Belangrijk: er zijn duidelijke en rechtlijnige regels, geen discussies.
,,Ouders hebben de neiging tot verwennen en bij deze doelgroep misschien nog wel meer. Wij bieden daarin een tegenwicht. We werken met paarden, veiligheid staat voorop en heldere regels belangrijk”, legt Van der Kroon uit. De relatie tussen paard en deze doelgroep ontroert hem nog dikwijls. ,,De paarden ontspannen zich als onze ruiters aankomen. Bij mij gaan hun oren gelijk de lucht in, maar bij hen voelen ze blijkbaar: die heeft zeker geen kwaad in de zin.”
Voor de ongeveer dertig ruiters zijn zo’n vijftien paarden nodig. Ook rolstoelers kunnen paardrijden middels een opstapkar. ,,De grens voor ons ligt bij mensen die volledig liggend zijn. Dat kost echt meer capaciteit en meer tijd, dan moet je echt gespecialiseerd personeel hebben.
Deze zomer dreigt echter wel een vrijwilligerstekort. Momenteel zijn er zo’n twintig, straks zijn daar waarschijnlijk nog misschien vijf van over. Normaliter helpen meisjes van zo’n 14 jaar oud die paardrijden. Maar studie, werk en sociaal leven liggen altijd op de loer, deze zomer iets meer dan anders. Renate Tolenaars is een van de vaste vrijwilligers, zij zet zich sinds drie jaar volledig in voor de stichting. ,,Je weet dat de ruiters die je begeleidt enorm uitkijken naar die zaterdagochtend. Het geeft echt verdieping aan je grote passie. Ik zie ook vaak dat er mooie vriendschappen ontstaan.”