Ja, het applaus dat de NAC-spelers ten deel viel na afloop van de verloren wedstrijd tegen MVV (1-2) bezorgde NAC-middenvelder Bodi Brusselers (17) kippenvel. Hij kent dat machteloze gevoel van het publiek, hij stond er immers vaak tussen. Als 8-jarige jongen ging hij al mee met z’n vader en werd aangestoken met dat vermaledijde NAC-virus. “We zaten in die lekkere zachte stoelen van de hoofdtribune. Dan speelden we thuis tegen Ajax en zag ik Huntelaar en Suárez van dichtbij. Dat vond ik echt fantastisch.” Bodi speelt al sinds de D-jeugd bij NAC en krijgt sindsdien vrijkaarten voor thuiswedstrijden. “Maar m’n vrienden Martijn Boere en Wouter van Hal en ik gingen liever op de fanatieke B-Side zitten en niet op de hoofdtribune. Vonden we net wat leuker”, grijnst ie.
Soms bezoeken ze ook uitwedstrijden. Als de B1 van NAC naar FC Groningen moet, speelt het eerste elftal in Heerenveen. “Na onze wedstrijd vroegen we of we daar op eigen vervoer naartoe mochten. We kregen toestemming, maar werden wel gewaarschuwd: ons Bredase accent zou opvallen. Ha, hebben we de hele tijd Engels met elkaar geouwehoerd, viel vast niet op.”
Of uit bij Roda JC, voor de play-offs van 2014/2015. NAC wint in Kerkrade en als Mats Seuntjens na afloop het veld opkomt om het uitvak te bedanken, klimt Bodi euforisch in de hekken (zie foto). Thuis laat de ploeg het vervolgens afweten: NAC degradeert uit de eredivisie. “Verschrikkelijk, maar de rellen die erna uitbraken zal ik nooit begrijpen. Hoe slecht het ook gaat met NAC, dát maakt het er nooit beter op.”
Inmiddels speelt Bodi in het eerste, maar hij is nog altijd lid van de Kidsclub. “Ik heb me nog niet afgemeld, een beetje uit luiigheid vrees ik. Nee, helaas ben ik nooit met de Kidsclub het veld op geweest. Gaat ook niet meer gebeuren, vermoed ik”, lacht hij.
Toen Bodi als 8-jarige nog in die lekkere hoofdtribunestoelen zat, vouwde hij met z’n broertje graag vliegtuigjes van het programmaboekje De Klok. “Dat blaadje had een hele specifieke geur, ik kan het niet duiden. Die geur is me altijd bijgebleven. Voor aanvang van de wedstrijd tegen Jong FC Utrecht was ik bloednerveus, terwijl ik toch echt slechts reserve stond. Ik had De Klok in m’n handen, met mijn naam erin. Ik rook eraan, m’n hart sloeg over: precies dezelfde geur als die hele warme herinnering.” In de tweede helft van die wedstrijd debuteert Bodi in een vol Rat Verleghstadion. Zeven minuten later scoort ie de 3-1: een droomdebuut.